Beoordelingskader Vertaler C1
Inschrijving als vertaler in het Rbtv op C1-niveau is mogelijk op basis van een VOG/BIV in combinatie met een diploma/getuigschrift van een:
- Vertaalopleiding met minimaal C1-niveau als eindniveau in termen van het Europees Referentie Kader (ERK);
- Vertaaltoets op C1-niveau van het ERK, die voldoet aan het door de Raad voor Rechtsbijstand vastgestelde Kader voor tolk- en vertaaltoetsen.
Indien de vertaler niet in het bezit is van een van bovenstaande diploma’s/getuigschriften, kan de vertaler worden ingeschreven in het Rbtv op C1-niveau als de vertaler aantoonbaar aan de volgende voorwaarden voldoet:
- integriteit;
- taalvaardigheid van de brontaal op ten minste C1-niveau van het ERK;
- taalvaardigheid van de doeltaal op ten minste C1-niveau van het ERK;
- kennis van de cultuur van het land of gebied van de bron- en doeltaal;
- ten minste 420 uur scholing om vertaalvaardigheid en -attitude op ten minste de onderdelen tekst en tekstbegrip, tekst en cultuur, technische aspecten van het vertalen en vertaalhouding te ontwikkelen;
- ten minste vijf jaar werkervaring als beroepsvertaler in de betreffende vertaalrichting direct voorafgaand aan het verzoek tot inschrijving in het Rbtv, waarvan ten minste één jaar na afronding van de scholing als bedoeld in artikel 5 aanhef, tweede lid onder e.
Hieronder wordt per voorwaarde een toelichting gegeven op de wijze waarop de tolk/vertaler kan aantonen aan de voorwaarden te voldoen.
A. Integriteit
De Wbtv kent voor tolken en vertalers een integriteitsborging waarbij gebruik wordt gemaakt van de VOG en/of BIV.
Verklaring Omtrent het Gedrag
Wanneer de vertaler in de vijf jaren voorafgaand aan het verzoek tot inschrijving in het Rbtv in Nederland woonachtig is geweest, moet er een VOG worden overlegd. De VOG mag niet ouder zijn dan drie maanden op het moment van het indienen van het verzoek tot inschrijving in het Rbtv en moet zijn afgegeven zijn door de daartoe bevoegde instantie volgens screeningsprofiel 80.
Buitenlandse Integriteitsverklaring
Wanneer de vertaler in de vijf jaren voorafgaand aan het verzoek tot inschrijving in het Rbtv in het buitenland woonachtig is geweest, moet er een Buitenlandse Integriteitsverklaring (BIV), voorzien van een Nederlandse vertaling, worden overgelegd van een daartoe bevoegde instantie in het betreffende land. De BIV mag niet ouder zijn dan drie maanden op het moment van het indienen van het verzoek tot inschrijving in het Rbtv.
Bij een verzoek tot inschrijving in het Rbtv en/of bij een verzoek tot verlenging van een inschrijving in het Rbtv zal bij de beoordeling van de integriteit, naast de VOG en/of de BIV, ook alle andere eventuele relevante informatie, die bij de Raad voor Rechtsbijstand bekend is over de tolk, worden betrokken.
B. Taalvaardigheid van het Nederlands
- Een diploma van een afgeronde opleiding op vwo-niveau, hbo-niveau of wo-niveau waarbij het Nederlands de onderwijstaal is geweest;
- Een diploma van een afgeronde opleiding op ten minste vwo-niveau waarbij het Nederlands als vak is gedoceerd en het behaalde eindniveau van het Nederlands na toetsing ten minste C1-niveau is;
- Een certificaat van een taaltoets op C1-niveau van een aangewezen deskundige (Bij vertalers moeten de vaardigheden lezen en schrijven zijn getoetst).
- Een diploma van een afgeronde vertaalopleiding op minimaal bachelor niveau, waarbij één van de getoetste talen het Nederlands is;
- Een diploma van een taalgebonden SIGV-opleiding Juridisch Vertalen in Strafzaken, mits behaald op of na 1 januari 2013, waarbij één van de getoetste talen het Nederlands is;
- Een diploma van de opleiding Schrijftolk (Associate Degree);
- Een certificaat van een vertaaltoets op C1-niveau die voldoet aan het Kader voor vertaaltoetsen, waarbij één van de getoetste talen het Nederlands is (alleen taalvaardigheid Nederlands voor inschrijving in Rbtv als vertaler);
- Een getuigschrift van de kennistoets en praktijktoets Vertalen van het Kernteamtraject Kwaliteitsnormering Tolken en Vertalers, waarbij één van de getoetste talen het Nederlands is (alleen taalvaardigheid Nederlands voor inschrijving in Rbtv als vertaler);
- Een MO-A akte (2e graads docent), bevoegd voor onderbouw havo/vwo en mbo;
- Een MO-B akte (1e graads docent), bevoegd voor gehele onderwijs, inclusief hbo.
C. Taalvaardigheid van de vreemde taal
- Een diploma van een afgeronde opleiding op vwo-niveau, hbo-niveau of wo-niveau waarbij de vreemde taal de onderwijstaal is geweest;
- Een diploma van een afgeronde opleiding op ten minste vwo-niveau waarbij de vreemde taal als vak is gedoceerd en het behaalde eindniveau van de vreemde taal na toetsing ten minste C1-niveau is;
- Een certificaat van een taaltoets op C1-niveau van een aangewezen deskundige (Bij vertalers moeten de vaardigheden lezen en schrijven zijn getoetst);
- Een certificaat van een taaltoets op C1-niveau van een lid (full member) van ALTE;
- Een diploma van een afgeronde vertaalopleiding op minimaal bachelor niveau, waarbij één van de getoetste talen de vreemde taal is;
- Een diploma van een taalgebonden SIGV-opleiding Juridisch Vertalen in Strafzaken, mits behaald op of na 1 januari 2013, waarbij één van de getoetste talen de vreemde taal is;
- Een certificaat van een vertaaltoets op C1-niveau die voldoet aan het Kader voor vertaaltoetsen, waarbij één van de getoetste talen de vreemde taal is (alleen taalvaardigheid vreemde taal voor inschrijving in Rbtv als vertaler);
- Een getuigschrift van de kennistoets en praktijktoets Vertalen van het Kernteamtraject Kwaliteitsnormering Tolken en Vertalers, waarbij één van de getoetste talen de vreemde taal is (alleen taalvaardigheid vreemde taal voor inschrijving in Rbtv als vertaler).
D. Kennis van de cultuur van het land of gebied van de bron- en doeltaal
Kennis van de cultuur van het land of gebied waarin de brontaal en doeltaal de voertaal is/zijn, kan doorgaans niet zelfstandig objectief gemeten worden op een bepaald niveau of op zichzelf staand getoetst worden. De vertaler dient op de hoogte te blijven van alle ontwikkelingen in een bepaalde cultuur, taalgebied of land. Dit kan niet altijd objectief worden gemeten.
Het beschikken over de vereiste kennis van een cultuur is doorgaans een opeenstapeling van factoren die in samenhang met andere competenties (zoals taalvaardigheid in een taal) gewogen moeten worden. De vereiste factoren voor het aantonen van kennis van cultuur zijn in ieder geval:
- Een (langdurig) verblijf in een land of gebied waar de bron- of doeltaal de voertaal is;
- Het doorlopen en afronden van (middelbaar/hoger beroeps-) onderwijs in het taalgebied van de bron- of doeltaal;
- Het doorlopen en afronden van een taalstudie in de bron- of doeltaal;
- Studie- ervaring in het taalgebied van de bron- of doeltaal in een context waarin kennis van de cultuur voorwaardelijk is of het afronden van onderdelen van een opleidingscurriculum of bijscholingsaanbod, waarbij cultuurkennis een substantieel onderdeel was.
De bovenstaande factoren betreffen geen uitputtende mogelijkheden tot het verwerven van de vereiste kennis van cultuur. Bij de beoordeling of de kennis van de cultuur behorende bij het land of gebied van de brontaal of doeltaal van een persoon die verzoekt tot inschrijving in het Rbtv als vertaler wordt alle informatie – in onderlinge samenhang- betrokken. Indien er twijfel bestaat en/of objectieve informatie onvoldoende beschikbaar is, zal de Commissie beëdigde tolken en vertalers gevraagd worden om advies.
E. Vertaalvaardigheid en –attitude
De beheersing van vertaalvaardigheid en -attitude kan worden aangetoond met onderstaande diploma’s en/of certificaten:
- Een diploma van een vertaalopleiding met minimaal C1-niveau als eindniveau in termen van ERK (in een andere vertaalrichting);
- Een certificaat van een vertaalvaardigheidstoets die voldoet aan het ‘Kader voor integrale taalgebonden vertaalvaardigheidstoetsen’ (in een andere vertaalrichting);
- Een certificaat van de taaloverstijgende module Algemene Vertaalvaardigheden (AVV) van ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen;
- Andere diploma’s en/of certificaten waaruit blijkt dat ten minste 420 uur scholing is gevolgd in vertaalvaardigheid en -attitude en waarbij de verplichte onderdelen zijn getoetst en behaald:
- tekst en tekstbegrip: een vertaler moet begrijpen wat voor soort tekst het is, wie de gebruikers van een tekst zijn, wat het doel van de tekst is, wat de conventies van een teksttype zijn, hoe je een tekst in enkele kernzinnen kunt samenvatten, etc.;
- tekst en cultuur: een vertaler moet rekening houden met de specifieke eigenschappen van de Nederlandse cultuur bij het vertalen: wat wordt wel vertaald en wat wordt niet vertaald en waarom;
- technische aspecten van het vertalen: een vertaler moet weten waar terminologie en achtergrondinformatie gevonden kan worden: hoe zoekt men efficiënt op internet, welke vertaalhulp-middelen zijn er etc.;
- vertaalhouding: een vertaler moet zich op professionele en juiste wijze weten te presenteren ten opzichte van de opdrachtgever.
F. Vertaalervaring
Aantonen dat de vertaler voldoet aan het werkervaringsvereiste kan door middel van het overleggen van een zelf opgesteld overzicht, waaruit blijkt dat:
- 500.000 woorden zijn vertaald;
- In de vertaalrichting waarvoor de vertaler wil worden ingeschreven;
- In de vijf jaren direct voorafgaand aan het verzoek tot inschrijving;
- waarvan ten minste één jaar na afronding van de vertaalscholing.
De vertaler mag ook door middel van referenties aantonen dat hij/zij voldoet aan het vertaalervaringsvereiste. De vertaler kan daarvoor verklaringen en urenstaten van werk- of opdrachtgevers overleggen. Het is belangrijk dat uit de stukken, per vertaalrichting, blijkt hoeveel woorden de vertaler heeft vertaald in de vijf jaren direct voorafgaand aan het verzoek tot inschrijving in het Rbtv, waarvan ten minste één jaar na afronding van de vertaalscholing.