Antwoord op nadere vragen bij Advies PE-beleid
Advies van Kwaliteitsinstituut Wbtv
Aan Raad voor Rechtsbijstand
t.a.v. de heer R. de Nas
Datum: 14 maart 2022
Geachte heer De Nas,
Op 1 december 2021 ontving het Kwaliteitsinstituut Wbtv (hierna: het Kwaliteitsinstituut)
van u het memo met ‘Nadere vragen omtrent advies van 1 november 2021 over beleid permanente van het Kwaliteitsinstituut Wbtv’. Met deze brief geeft het Kwaliteitsinstituut zijn reactie op de nadere vragen.
Vraag 2: afschaffen van leesopdrachten, toepasbaarheid schrijfopdrachten voor tolken
De Raad onderschrijft uw standpunt inzake de controleerbaarheid van leesopdrachten.
De Raad zich af in hoeverre de schrijfopdrachten werkbaar zullen zijn in de praktijk voor tolken. Voor tolken is dit vaak erg lastig, omdat deze veelal te maken hebben met bijvoorbeeld rollenspellen. De Commissie btv gaf in haar standpunt aan dat hierbij ook aan de hand van zo een rollenspel ook objectief zal blijken of de betreffende persoon de leesopdrachten heeft gedaan en de opgedane kennis in de praktijk toe kan passen.
Graag ontvangt de Raad van u een onderbouwing voor de keuze voor het schrappen van de categorie ‘leesopdrachten’ en deze te vervangen door schrijfopdrachten, en op welke wijze deze toepasbaar zijn voor tolken.
Reactie van het Kwaliteitsinstituut op vraag 2
Er is hier mogelijk sprake van een verkeerde lezing van het advies van 1 november 2021. Daarin adviseert het Kwaliteitsinstituut alleen schrijfopdrachten en niet ook leesopdrachten in aanmerking te laten komen voor de toekenning van PE-punten. Het advies houdt niet in dat leesopdrachten in bestaande cursussen zouden moeten worden vervangen door schrijfopdrachten. De contacturen van de cursus, waaraan een leesopdracht is voorafgegaan, komen uiteraard wel in aanmerking voor PE-punten.
Ook voor tolken zijn er leeractiviteiten waarbij schrijfopdrachten moeten worden gemaakt. Die opdrachten kunnen dan voor PE-punten in aanmerking komen. Wanneer – zoals in het beschreven voorbeeld van de Commissie btv – door een tolk ter voorbereiding op een rollenspel leesopdrachten worden verricht, dan adviseert het Kwaliteitsinstituut enkel de contacturen van die leeractiviteit (waarin de tolk de theorie toepast) in aanmerking te laten komen voor PE-punten.
Het is uiteindelijk de verantwoordelijkheid van de tolk/vertaler om te bepalen welke PE-activiteiten hij voor de benodigde PE-punten inbrengt in het kader van zijn bijscholingsverplichting.
Het Kwaliteitsinstituut ziet geen aanleiding de term ‘schrijfopdracht’ verder te specificeren.
Vraag 3: onderscheid in wetenschappelijke publicaties en overige publicaties
Het Kwaliteitsinstituut geeft aan dit onderscheid te willen behouden. In uw advies mist de Raad een reactie op het standpunt dat de Commissie btv op dit onderdeel inneemt.
Graag ontvang ik uw standpunt op dit punt alsnog.
Hieronder vindt u het standpunt van de Commissie btv.
De Raad vraagt u op welke wijze de Raad naar uw standpunt kan bepalen of een artikel wetenschappelijk is? Gaat het KI ten behoeve daarvan richtlijnen opstellen?
Reactie van het Kwaliteitsinstituut op vraag 3
In het Besluit permanente educatie Wbtv is een definitie opgenomen, aan de hand waarvan kan worden beoordeeld of een publicatie wetenschappelijk is of niet. Die definitie is vermeld onder de Toelichting bij artikel 7 sub 5 en luidt volgt:
“Wetenschappelijke publicaties
Voor de definitie van een wetenschappelijke publicatie wordt zoveel mogelijk aangesloten op de gangbare definitie in het Wetenschappelijk Onderwijs. Omdat de belangrijkste criteria universeel toepasbaar zijn geldt binnen het beleid de volgende definitie voor wetenschappelijke publicaties:
Een wetenschappelijke publicatie is de eerste publicatie van de originele resultaten van een onderzoek dat:
- is gepresenteerd in een vorm die het collega’s mogelijk maakt om de experimenten te herhalen en de conclusies te toetsen;
- is gepubliceerd in een tijdschrift of ander medium dat direct beschikbaar is binnen de beroepsgroep;
- per definitie peer-reviewed is, dat wil zeggen dat het door een proces van collegiale toetsing is gegaan.”
Het Kwaliteitsinstituut onderschrijft deze definitie en ziet geen aanleiding om een voorstel te doen tot aanpassing daarvan.
Ten overvloede overweegt het Kwaliteitsinstituut dat het heeft gezien dat in het advies van de Commissie btv wordt voorgesteld om wetenschappelijke publicaties anders te waarderen (te weten: 1 PE-punt per 250 woorden) dan niet-wetenschappelijke (relevante) publicaties, omdat aan wetenschappelijke publicaties (uitgebreid) onderzoek voorafgaat. Op dit moment wordt volgens het Besluit permanente educatie aan “wetenschappelijke publicaties en publicaties in vakbladen” 1 PE-punt per 500 woorden toegekend. Het Kwaliteitsinstituut stemt in met het advies van de Commissie btv.
TOT SLOT
Het Kwaliteitsinstituut stelt het op prijs geïnformeerd te worden over en betrokken te blijven bij het vervolg en wordt graag in de gelegenheid gesteld te adviseren over nader beleid en/of nadere wet- en regelgeving.
Hoogachtend,
namens het Kwaliteitsinstituut,
R.G.A. Beaujean
voorzitter Kwaliteitsinstituut Wbtv