Advies Besluit specialisatie en Besluit aanwijzen specialisatie
Advies van Kwaliteitsinstituut Wbtv
Aan Raad voor Rechtsbijstand
t.a.v. de heer R. de Nas en mevrouw A. Fischer-Appels
Datum: 31 juli 2019
Geachte heer De Nas en mevrouw Fischer-Appels,
De Raad voor Rechtsbijstand heeft het Kwaliteitsinstituut Wbtv gevraagd te adviseren over de volgende beleidsregels:
- Besluit specialisatie[1]
- Besluit aanwijzen specialisatie[2]
Aan het Kwaliteitsinstituut Wbtv is gevraagd te adviseren of en in hoeverre deze besluiten aanpassing behoeven tegen de achtergrond van de ontwikkelingen die voortvloeien uit het Programma Tolken in de toekomst. Het Kwaliteitsinstituut Wbtv brengt gezamenlijk met de Commissie btv en de Klachtencommissie Wbtv advies uit (hierna aangeduid als ‘de adviescommissies’). De opmerkingen in dit advies worden gemaakt tegen de achtergrond van de eerdere adviezen aan het Programma Tolken in de toekomst. Naar de inhoud daarvan wordt gemakshalve verwezen.
Samenvatting
De adviescommissies bevelen u het volgende aan:
- verlaag de drempels voor vermelding in het Register beëdigde tolken en vertalers (hierna: Rbtv) van de bestaande specialisaties ‘tolk in strafzaken’ en ‘vertaler in strafzaken’ door het schrappen van het vereiste dat een beëdigd tolk of beëdigd vertaler beschikt over respectievelijk tolkvaardigheid in strafzaken of vertaalvaardigheid in strafzaken;
- hanteer als uitgangspunt dat de vermelding van specialisaties is voorbehouden aan beëdigd tolken (en vertalers) met taalbeheersing op C1-niveau;
- werk toe naar uitbreiding van het aantal specialisaties dat voor vermelding in het Rbtv in aanmerking komt, zoals door het Kwaliteitsinstituut Wbtv geadviseerd in zijn adviezen van 26 maart 2012, 1 februari 2016, 12 december 2016 en 15 maart 2018;
- creëer een tussenstap waarmee een beëdigd tolk of vertaler (C1-niveau) de mogelijkheid krijgt om vooraf gedefinieerde werkgebieden in zijn persoonlijk profiel in het Rbtv te vermelden. Maak in het Rbtv duidelijk onderscheid tussen de specialisaties en deze werkgebieden. Van de beëdigd tolk of vertaler wordt verlangd dat hij na elke 5 jaar (te weten: de duur van zijn inschrijving in het Rbtv) aantoont tenminste 20 PE-punten op het terrein van dat werkgebied heeft behaald. Is dat niet het geval, dan vervalt de vermelding van het werkgebied. Gegronde klachten moeten kunnen leiden tot doorhaling van de vermelding van de specialisatie of het werkgebied in het Rbtv;
- bevorder dat specialisaties en werkgebieden serieus worden genomen door de getrapte afnameplicht als bedoeld in artikel 28 van de Wet beëdigde tolken en vertalers (hierna: Wbtv) daarop in te richten (eerst tolk/vertaler op C1-niveau met specialisatie, bij niet beschikbaar zijn tolk/vertaler op C1-niveau met werkgebied, dan tolk/vertaler zonder specialisatie/werkgebied en ten slotte tolk op B2-niveau). Monitor en evalueer de ervaringen na drie jaar.
- introduceer in het Rbtv voor beëdigde tolken de mogelijkheid om (zonder toetsing) te vermelden dat zij beschikken over de vaardigheid om simultaan te tolken.
Advies
1. Algemeen
De adviescommissies stellen het belang van specialisaties en de uitbreiding daarvan voorop. Zij dragen bij aan kwaliteitsverbetering en een betere afstemming tussen vraag en aanbod. Zij verwijzen in dit verband naar opmerkingen die daarover zijn gemaakt in eerdere adviezen van het Kwaliteitsinstituut Wbtv: ‘aanvullende bekwaamheden in Rbtv’ (26 maart 2012), ‘aanvullende competenties in Rbtv’ (1 februari 2016), ‘juridische basiskennis’ (12 december 2016) en ‘herijking Rbtv’ (15 maart 2018)[3].
Op dit moment zijn er twee erkende specialisaties: ‘tolk in strafzaken’ en ‘vertaler in strafzaken’. In het Rbtv wordt 437 keer een specialisatie vermeld: 287 keer de specialisatie ‘tolk in strafzaken’ en 150 keer de specialisatie ‘vertaler in strafzaken’ (peildatum 16 juli 2019). Dat niet nóg meer beëdigde tolken en vertalers met een specialisatie worden vermeld, heeft vermoedelijk twee oorzaken. Ten eerste is voor het verwerven van de specialisatie noodzakelijk dat de tolk/vertaler kan aantonen te beschikken over tolk- en vertaalvaardigheid in strafzaken in de specifieke talencombinatie of vertaalrichting. Dat de tolk/vertaler daarover beschikt zal hij of zij moeten aantonen door een met goed gevolg afgelegde toets. Deze toetsen zijn echter niet in alle talencombinaties/vertaalrichtingen beschikbaar. Tolken en vertalers in bepaalde talencombinaties/vertaalrichtingen komen daardoor op dit moment per definitie niet in aanmerking voor een specialisatie. Ten tweede krijgen beëdigde tolken/vertalers met een specialisatie in de praktijk geen voorrang bij tolk-en vertaaldiensten voor afnameplichtige organisaties. Het is voor de tolk/vertaler daardoor niet aantrekkelijk om te investeren en te blijven investeren in (vermelding van) de specialisatie.
Beëdigde tolken en vertalers hebben op dit moment ook andere mogelijkheden om in hun persoonlijk profiel in het Rbtv hun aandachtsgebieden kenbaar te maken. Zij kunnen bij hun inschrijving in het Rbtv namelijk per afnemer (bijvoorbeeld: politie, openbaar ministerie, gerechten etc.) hun beschikbaarheid aangeven. Er vindt door de beheerder van het Rbtv geen voorafgaande toetsing of periodieke controle plaats naar geschiktheid van de tolk/vertaler voor het leveren van tolk- en vertaaldiensten aan deze afnemers. De mogelijkheden tot toetsing achteraf via de wettelijke klachtenprocedure zijn beperkt.[4]
Artikel 2, eerste lid, onder d, Wbtv biedt daarnaast een wettelijke grondslag voor vermelding in het Rbtv van ‘overige specifieke bekwaamheden waarvan de tolk of vertaler vermelding in het register wenselijk acht’. Uit artikel 1 van het huidige Besluit specialisatie volgt echter dat die mogelijkheid is beperkt tot de vermelding van aangewezen ‘specialisaties’.
Door de voorgenomen aanbestedingen van tolkdiensten als uitvloeisel van het Programma Tolken in de toekomst wordt de afstand tussen de opdrachtgever (de afnameplichtige organisatie) en de tolk/vertaler vergroot. Een bemiddelaar zoekt de juiste tolk/vertaler bij de juiste opdracht. Om in die situatie vraag en aanbod zo goed mogelijk op elkaar te kunnen afstemmen en er zeker van zijn dat de afnemer, bemiddelaar en tolk ‘dezelfde taal spreken’, is het van belang dat (nog meer) aandachtsgebieden uitdrukkelijk in het Rbtv worden vermeld. Hoewel de voorkeur zou moeten uitgaan naar uitbreiding van de specialisaties, zien de adviescommissies tegelijkertijd dat deze moeizaam van de grond komen.
Tegen deze achtergrond wordt het volgende geadviseerd.
2. Verlaag de drempels voor vermelding in het Rbtv van de bestaande specialisaties
De adviescommissies adviseren om de drempels voor vermelding van de specialisatie ‘tolk in strafzaken’ en ‘vertaler in strafzaken’ te verlagen. De tolken en vertalers hebben bij inschrijving in het Rbtv op C1-niveau al aangetoond over de voor inschrijving in het Rbtv benodigde tolk- en vertaalvaardigheden te beschikken. De adviescommissies zien geen aanleiding om bij het verwerven van de specialisaties ‘tolk in strafzaken’ en ‘vertaler in strafzaken’ van de tolk/vertaler te verlangen dat hij aantoont over voor die specialisatie specifieke tolk- en vertaalvaardigheden te beschikken. Dit zijn immers vaardigheden die reeds worden verondersteld op basis van de inschrijving op C1-niveau. Zij adviseren om onderdeel c van artikel 2 van respectievelijk de bijlage 'Tolk in strafzaken' en de bijlage 'Vertaler in strafzaken' bij het Besluit aanwijzen specialisatie te schrappen. Daardoor komen ook tolken en vertalers in talencombinaties/vertaalrichtingen waarvoor geen toetsen beschikbaar zijn in aanmerking voor vermelding van specialisaties. De nadruk bij de specialisaties komt daarmee te liggen op het beheersen van de specifieke terminologie en kennis van procedures in het strafrecht.
3. Specialisaties zijn voorbehouden aan C1-tolken
De mogelijkheid om met specialisaties in het Rbtv te worden vermeld, moet naar het oordeel van de adviescommissies exclusief voorbehouden blijven aan tolken en vertalers op C1- niveau. Dit bevordert de doorstroom van tolken op B2-niveau naar C1-niveau en de specialisatie.
4. Werk stapsgewijs toe naar uitbreiding van specialisaties en introduceer als tussenstap de mogelijkheid van het vermelden van werkgebieden
De adviescommissies zijn, zoals hiervoor is overwogen, van oordeel dat toegewerkt moet worden naar uitbreiding van specialisaties. De eerdere adviezen van het Kwaliteitsinstituut Wbtv bieden daarvoor concrete handvatten. Die uitbreiding vergt tijd en voor het formuleren van de aan die nieuwe specialisaties te stellen eisen (competentieprofielen) zijn in belangrijke mate de behoeften van afnemers van belang. Daar kan naar het oordeel van de adviescommissies niet (langer) op worden gewacht. De adviescommissies zijn van oordeel dat voorgenomen herijking van het Rbtv moet worden aangegrepen om concreet stappen te zetten die bijdragen aan de verdere ontwikkeling van specialisaties.
Een eerste stap – die tegelijkertijd tegemoet komt aan de behoefte om vraag en aanbod naar tolk- en vertaaldiensten beter op elkaar te kunnen afstemmen – is het door beëdigd tolken en vertalers in hun persoonlijk profiel in het Rbtv (kunnen) vermelden van enkele specifieke werkgebieden. Artikel 2, eerste lid, onder d, Wbtv biedt die mogelijkheid. Dit sluit aan bij het advies ‘aanvullende competenties in Rbtv’ van het Kwaliteitsinstituut Wbtv van 1 februari 2016, dat tot strekking heeft het gesloten systeem van het Rbtv uit te breiden met een “open gedeelte”.
Deze mogelijkheid van het doen vermelden van (vooraf gedefinieerde) werkgebieden moet naar het oordeel van de adviescommissies zijn voorbehouden aan tolken en vertalers op C1- niveau.
Nu in het huidige Rbtv het ‘beschikbaar zijn voor justitieafnemers’ op geen enkele wijze wordt gecontroleerd en daardoor (aan die afnemers of intermediairs) geen enkele garantie biedt voor kwaliteit, stellen de adviescommissies voor om aan de vermelding van een werkgebied de eis te stellen dat de tolk/vertaler na elke vijf jaar (te weten: de duur van zijn inschrijving in het Rbtv) aantoont dat hij 20 PE-punten heeft behaald op specifiek het terrein van het desbetreffende werkgebied. De adviescommissies benadrukken dat specialisaties en de hier bedoelde werkgebieden niet op één lijn zijn te stellen. De specialisatie garandeert vooraf getoetste bekwaamheden op een specifiek aandachtsgebied. Het (door de beëdigd tolk of vertaler opgegeven) werkgebied biedt die garantie niet. Het is dan ook van evident belang dat de beheerder van het Rbtv zich inspant om in het Rbtv een duidelijk onderscheid aan te brengen tussen specialisaties en de hier bedoelde werkgebieden en daarover voorlichting geeft.
De adviescommissies zien voor de beheerder van het Rbtv daarnaast een belangrijke rol weggelegd om door voorlichting verwachtingen met betrekking tot de vermelding van werkgebieden bij zowel afnemers als intermediairs goed te managen.
De adviescommissies stellen voor in eerste instantie voor (vooralsnog) uitsluitend tolken en vertalers op C1-niveau de volgende werkgebieden in het Rbtv te introduceren:
- vreemdelingenrecht en asielrecht
- familie- en jeugdrecht
- civiel recht
- TBS / BOPZ (verplichte ggz/forensische zorg)
- notariaat
Deze werkgebieden zijn als mogelijke specialisaties genoemd in voornoemd advies ‘aanvullende competenties in Rbtv’ van 1 februari 2016.
De adviescommissies stellen daarnaast voor de afnameplichtige organisaties uit te nodigen om andere werkgebieden aan te dragen die op deze wijze vermelding in het Rbtv behoeven. Het uitbreiden van het Rbtv met deze werkgebieden zal de verdere ontwikkeling van opleidingen gericht op deze werkgebieden stimuleren. Er kan – en dat is het voornaamste doel van deze tussenstap – dan toegewerkt worden naar toetsing, zodat voor bepaalde werkgebieden ook specialisaties kunnen ontstaan.
Tolken en vertalers die in het Rbtv worden vermeld met een specialisatie of werkgebied hebben een bijzondere verantwoordelijkheid. Het moet voor deze tolken en vertalers duidelijk zijn dat zij die vermelding moeten waarmaken met het risico dat wanneer dat niet lukt zij via bijvoorbeeld de Klachtencommissie Wbtv in het uiterste geval een doorhaling in het Rbtv kunnen riskeren. Bij de afhandeling van klachten moet het ook mogelijk zijn dat de Minister (op advies van de Klachtencommissie Wbtv) van de betrokkene verlangt zich gedurende een bepaalde periode aantoonbaar nader te kwalificeren voor de specialisatie of het werkgebied. Wanneer dat niet lukt, kan bijvoorbeeld doorhaling van de specialisatie/het werkgebied het gevolg zijn [5].
Artikel 1 van het Besluit specialisatie beperkt de mogelijkheden voor tolken om aanvullende bekwaamheden in het Rbtv te vermelden tot de aangewezen specialisaties tolk en vertaler in strafzaken. Om naast deze specialisaties in het persoonlijk profiel van de beëdigd tolk of vertaler ook de vermelding van werkgebieden mogelijk te maken, behoeft dat artikel aanpassing. Uit het aangepaste Besluit zal moeten volgen dat onder de ‘overige specifieke bekwaamheden’ als bedoeld in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder d, Wbtv ‘onder meer’ worden verstaan de bekwaamheden die worden aangeduid als ‘specialisatie’. De adviescommissies bevelen aan om de mogelijkheid tot vermelding van werkgebieden als ‘overige specifieke bekwaamheid’ nader uit te werken in een afzonderlijk besluit. Het Besluit verlenging inschrijving Rbtv zal hierop moeten worden aangepast.
4. Bevorder dat specialisaties en werkgebieden in het Rbtv serieus worden genomen
Het systeem werkt alleen als de specialisaties en werkgebieden bij het afnemen van tolk- en vertaaldiensten serieus worden genomen. Aan de afnameplichtige organisaties zal dan ook dringend moeten worden aanbevolen om de specialisaties en werkgebieden nadrukkelijk een plek te geven in aanbestedingscontracten. Dat helpt de afnemers ook om voor de tolk- en vertaaldienst de juiste tolk/vertaler te krijgen. De adviescommissies stellen zich voor dat bij een tolkdienst de getrapte afnameplicht in volgorde als volgt zou moeten werken: (1) tolk/vertaler op C1-niveau met specialisatie, (2) tolk/vertaler op C1-niveau met specifiek werkgebied, (3) tolk/vertaler op C1-niveau, (4) tolk op B2-niveau.
De adviescommissies adviseren om in de nieuwe systematiek de ontwikkelingen met betrekking tot de specialisaties ‘tolk in strafzaken’ en ‘vertaler in strafzaken’ en de hiervoor bedoelde werkgebieden te monitoren en aan de hand van de ervaringen na drie jaar te bezien of zij bijdragen aan de doelstellingen van de Wbtv en zo nee, welke verbeteringen nodig zijn. Aan de hand van de uitkomsten van deze evaluatie zal voor een of meer van de werkgebieden een specialisatie kunnen worden ontwikkeld. De adviescommissies bevelen aan om daartoe per werkgebied een commissie met deskundigen en stakeholders in te stellen die voor de beoogde specialisatie een competentieprofiel opstelt. Het opleidingsaanbod kan daarop vervolgens worden afgestemd, zodat toetsing van de voor de specialisatie benodigde competenties mogelijk wordt. Daar waar specialisatie mogelijk wordt, kan de mogelijkheid tot het vermelden van een werkgebied komen te vervallen.
5. Maak vermelding in het Rbtv van de vaardigheid ‘simultaan tolken’ mogelijk
In aanvulling hierop begrijpen de adviescommissies dat er bij afnameplichtige organisaties regelmatig behoefte is aan tolken die ook in staat zijn simultaan te tolken (waaronder ‘fluistertolken’) [6]. Dat is op dit moment geen vaardigheid waarvoor toetsen beschikbaar zijn. Het simultaan tolken is ook geen eis die de wet aan inschrijving in het Rbtv stelt. Dat tolken over die vaardigheid beschikken, volgt op dit moment niet uit het Rbtv. Tolken kunnen in het Rbtv evenmin aangeven dat zij niet beschikbaar zijn voor simultaan tolken.
De adviescommissies stellen tegen deze achtergrond voor om 'simultaan tolken' als aandachtsgebied in een open gedeelte van het Rbtv op te nemen. Dat wil zeggen dat de tolk in zijn persoonlijk profiel zelf aangeeft of hij simultaan kan tolken.
Net als bij de vermelding van specialisaties en werkgebieden geldt dat een klacht – inhoudende dat de tolk zijn opgave dat hij in staat is simultaan te tolken in de praktijk niet blijkt te kunnen waarmaken - consequenties kan hebben voor de inschrijving van de tolk in het Rbtv.
De mogelijkheid tot het kunnen vermelden van de vaardigheid ‘simultaan tolken’ dient – net als bij de vermelding van specialisaties en werkgebieden – exclusief te zijn voorbehouden aan tolken op C1-niveau.
In de toekomst kan worden toegewerkt naar toetsing, waardoor ook op deze vaardigheid vooraf controle kan plaatsvinden door de beheerder van het Rbtv. Daarbij merken de adviescommissies wel op dat die toetsing – zoals nu ook het geval is bij de toetsing van tolk-en vertaalvaardigheid in strafzaken – waarschijnlijk uitsluitend beschikbaar zal zijn voor tolken in veelbeheerste talencombinaties.
Tot slot
De adviescommissies zijn ervan overtuigd dat voornoemde uitbreidingen van specialisaties (gesloten systeem), vermeldingen van werkgebieden (deels open systeem) en de vaardigheid ‘simultaan tolken’ (open systeem) in het Rbtv zullen bijdragen aan de kwaliteit van tolken en vertalers in het Rbtv, omdat doorgroei en specialisatie wordt gestimuleerd, uitbreiding van specialisaties wordt bevorderd en verwachtingen van beëdigd tolken en vertalers, intermediairs en afnemers beter op elkaar kunnen worden afgestemd.
Zij stellen het op prijs geïnformeerd te worden over en betrokken te worden bij het vervolg en worden graag in de gelegenheid gesteld te adviseren over nader beleid.
Hoogachtend,
namens de adviescommissies
mr. R.G.A. Beaujean
voorzitter Kwaliteitsinstituut Wbtv
[2] Stcrt. 2012, nr. 11785 en rectificatie in Stcrt. 2012, Stcrt. 2012, nr. 12136
[3] De adviezen zijn te raadplegen op de website van het Kwaliteitsinstituut Wbtv, te benaderen via de website www.bureauwbtv.nl.
[4] Zie in dit verband par. 5.8 van het Jaarverslag 2013 van de Klachtencommissie Wbtv, p. 17.
[5] De adviescommissies herhalen in dit verband dat in eerdere adviezen is aangedrongen op uitbreiding van het sanctie arsenaal dat kan worden toegepast na een gegrond bevonden klacht.
[6] De adviescommissies verwijzen in dit verband naar het advies van de Raad voor de rechtspraak inzake de wijziging van het Besluit tarieven in strafzaken 2003 en het Besluit beëdigde tolken en vertalers van 3 juli 2019. Daarin wordt opgemerkt: “In familie- en jeugdzaken is in het bijzonder van belang dat de tolk ook simultaan tolkt. Om aan deze en andere specifieke behoeften van afnemers en bijzonderheden van opdrachten in het nieuwe stelsel tegemoet te kunnen komen, geeft de Raad in overweging te voorzien in meer specialisaties in het Rbtv, zodat vraag (van de afnemer) en aanbod (door de intermediair) goed op elkaar worden afgestemd en onnodig oponthoud – omdat niet de juiste tolk wordt geleverd – wordt voorkomen.” Het advies is te raadplegen op de website www.rechtspraak.nl