Tolken van de Toekomst
Brief van Kwaliteitsinstituut Wbtv
Aan De minister van Justitie en Veiligheid
Dhr. dr. mr. F.B.J. Grapperhaus
cc:
Mw. drs. E. Heijting - Programmadirecteur ‘Tolken in de toekomst’
Dhr. mr. H. Schilperoort – Manager Stafdiensten van de Raad voor Rechtsbijstand
Dhr. R. de Nas, Hoofd a.i. Bureau Wet beëdigde tolken en vertalers
Datum: 4 oktober 2019
Geachte heer Grapperhaus,
Met deze brief spreekt het Kwaliteitsinstituut Wet beëdigde tolken en vertalers (Wbtv) zijn ernstige zorgen uit over de voorgenomen transitie van het Register beëdigde tolken en vertalers (Rbtv) en de voorbereidingen die met het oog daarop op dit moment worden getroffen. Het Kwaliteitsinstituut Wbtv is van oordeel dat aan alle tolken die op taalniveau B2 in het herijkte Rbtv wensen te worden ingeschreven als voorwaarde moet worden gesteld dat zij voorafgaand aan hun (definitieve) inschrijving aantoonbaar met goed gevolg een taaloverstijgende toets algemene tolkvaardigheden hebben afgelegd. Zonder deze voorwaarde is de kwaliteit van B2-tolken in het herijkte Rbtv naar het oordeel van het Kwaliteitsinstituut Wbtv onvoldoende gegarandeerd. Het Kwaliteitsinstituut Wbtv beveelt u dan ook met klem aan om deze eis alsnog in voorgenomen regelgeving en beleid te verankeren.
Achtergrond
Op 26 juni 2017 heeft het Kwaliteitsinstituut Wet beëdigde tolken en vertalers (hierna: het Kwaliteitsinstituut Wbtv) zich met een brief gewend tot de directeur van het programma ‘Tolken in de toekomst’, de toenmalige staatssecretaris van Veiligheid en Justitie en de toenmalige directeur van de Raad voor Rechtsbijstand. De directe aanleiding werd gevormd door het rapport 'Don't tolk too much. Vormen van regie op tolkdiensten in het VenJ-domein' van ABDTopconsult en de daaropvolgende brief van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 31 januari 2017 waarin hij meedeelt, overeenkomstig de aanbevelingen uit het rapport, een krachtige transitie te beogen, waarin knelpunten op de gebieden van kwaliteit, inkoop en inzet van tolken integraal worden aangepakt[1]. De uitwerking daarvan vindt plaats in het programma ‘Tolken in de toekomst’. Een van de doelstellingen van dit Programma is het komen tot een goede borging van de kwaliteit en integriteit van tolken en vertalers, door een vernieuwd, gedifferentieerd Rbtv.
In onze brief hebben wij - onder verwijzing naar eerdere adviezen van het Kwaliteitsinstituut Wbtv - onderschreven dat verbeteringen nodig zijn. Ook is benadrukt dat wij daarbij een belangrijke rol zien weggelegd voor het Kwaliteitsinstituut Wbtv.
Sindsdien hebben het programma ‘Tolken in de toekomst’ en de beheerder van het Register beëdigde tolken en vertalers op meerdere momenten adviezen van het Kwaliteitsinstituut Wbtv ingewonnen[2]. Het Kwaliteitsinstituut Wbtv heeft bij zijn advisering de Commissie btv en de Klachtencommissie Wbtv betrokken. Gezamenlijk hebben zij desgevraagd ook rechtstreeks aan u advies uitgebracht[3]. Op een aantal adviezen is inmiddels een terugkoppeling gevolgd. Het Kwaliteitsinstituut Wbtv begrijpt daaruit dat de adviezen gedeeltelijk hebben doorgewerkt. Op een aantal belangrijke onderdelen lijken de adviezen echter niet te worden gevolgd.
Wij hebben er begrip voor dat er door uw Programma en de beheerder van het Rbtv op een aantal onderdelen andere keuzes worden gemaakt. Dat neemt niet weg dat het Kwaliteitsinstituut Wbtv zich over een aantal keuzes ernstige zorgen maakt. Het heeft hierin aanleiding gezien u rechtstreeks en ongevraagd te benaderen.
Zwaarwegende bezwaren
Met de door u voorgenomen herijking van het Rbtv wordt daarin een tweede niveau geïntroduceerd. Naast – kort gezegd – tolken die beschikken over taalvaardigheid in de bron- en doeltaal op C1-niveau van het Europees Referentiekader voor Talen (de huidige registertolken), wordt inschrijving opengesteld voor tolken die deze taalvaardigheid op B2-niveau kunnen aantonen.
In het advies over de concept-AMvB heeft het Kwaliteitsinstituut Wbtv samen met de Commissie btv en de Klachtencommissie Wbtv het uitgangspunt onderschreven om tolken die wel aan de minimumeisen van kwaliteit en integriteit voldoen, maar zich op dit moment niet kwalificeren voor een inschrijving in het Rbtv omdat zij niet aantoonbaar voldoen aan het C1-niveau van taalvaardigheid, onder de werking van de Wbtv te brengen. Daarmee wordt gegarandeerd dat ook een categorie niet-registertolken die op dit moment noodgedwongen door afnameplichtige organisaties worden ingezet onder het kwaliteitscontrolemechanisme van de Wbtv komt te vallen.
Daarbij is het wel van belang dat de eisen aan (inschrijving in het Rbtv van) deze tolken voldoende zijn om de minimaal benodigde kwaliteit te kunnen garanderen. Het Kwaliteitsinstituut Wbtv ziet het als een belangrijke verantwoordelijkheid van de overheid – en doelstelling van de Wbtv – om anderstaligen die in aanraking komen met de overheid te ondersteunen. Zij zijn afhankelijk van tolkbijstand en bevinden zich in een kwetsbare positie. De ervaring leert dat zij – ook uit angst voor de mogelijke gevolgen van hun gedrag op de uitkomst van lopende procedures – vaak niet assertief genoeg zijn om voor zichzelf op te komen. Zij, maar ook de overheid zelf, moeten er daarom van op aan kunnen dat een registertolk in staat is een boodschap getrouw en zonder toevoegingen of weglatingen over te brengen.
In eerdere adviezen is er herhaaldelijk op aangedrongen:
- de beoordeling van uitzonderingsgevallen – en uitsluitend wanneer een bepaalde competentie niet toetsbaar is – of tolken op een andere wijze kunnen aantonen of aannemelijk kunnen maken dat zij voldoen aan de wettelijke competenties zoals bedoeld in artikel 3 Wbtv voor te behouden aan de Commissie btv, en
- aan alle tolken op B2-niveau verplicht te stellen dat zij voorafgaand aan inschrijving in het Rbtv aantoonbaar met goed gevolg een algemene toets tolkvaardigheid en tolkattitude hebben afgelegd;
Uit een schriftelijke terugkoppeling van de directeur van uw Programma van 18 maart 2019 volgt dat dit advies niet is overgenomen. De beheerder van het Rbtv bepaalt per geval zelf of het noodzakelijk is om de Commissie btv bij bovengenoemde beoordeling te betrekken.
Met verontrusting hebben wij inmiddels het volgende vernomen. De beheerder van het Rbtv is vooruitlopend op de inwerkingtreding van de voorgenomen wijzigingen van het Besluit beëdigde tolken en vertalers gestart met het beoordelen van aanvragen van tolken die belangstelling hebben om in het herijkte Rbtv te worden ingeschreven. Bij deze zogenaamde quick scans vindt die beoordeling plaats op basis van het portfolio van de tolk. Medewerkers van de politie en de IND hebben hierin een adviserende rol. Aan een positieve beoordeling van een B2-tolk wordt niet de voorwaarde verbonden dat de betrokkene aantoonbaar met goed gevolg een toets algemene tolkvaardigheden heeft afgelegd.
Toetsing van portfolio’s door de beheerder van het Rbtv brengt een reëel risico met zich dat een tolk in het Rbtv wordt ingeschreven, terwijl de facto niet aan de wettelijke competenties wordt voldaan. Daar komt bij dat een advies van afnameplichtige organisaties (IND, politie) bij die beoordeling kennelijk een rol kan spelen. Deze afnemers hebben al jaren buiten het Rbtv om met deze tolken gewerkt. Een handelswijze waaraan het Programma ‘Tolken in de toekomst’ juist beoogt een einde te maken. Door afnameplichtige organisaties bij de portfoliobeoordeling te betrekken kan – ongeacht het gewicht dat aan hun adviezen wordt toegekend – de indruk ontstaan dat de tolken van hun eigen ‘tolklijstjes’ hun tolkdiensten binnen het justitiedomein (als registertolk) onverstoord, zonder voorafgaande toetsing kunnen voortzetten. Die schijn moet op elke manier worden voorkomen.
Ter illustratie en adstructie:
Een afnemende partij heeft eerder door de tolk geleverde diensten positief beoordeeld. Mede daaraan wordt door de beheerder van het Rbtv de verwachting ontleend dat de betrokkene ‘goed tolkt’ en in staat is een boodschap getrouw en zonder toevoegingen of weglatingen over te brengen. Nog afgezien van de vraag of een afnemer überhaupt in staat is dat goed te beoordelen, kan diezelfde tolk zijn gezakt voor een toets algemene tolkvaardigheden. Dat zou een zwaarwegende contra-indicatie voor inschrijving zijn. Deze is echter niet in beeld bij de beheerder van het Rbtv, omdat het negatieve toetsresultaat geen onderdeel zal uitmaken van het portfolio van de tolk.
Het Kwaliteitsinstituut Wbtv benadrukt dat deze gang van zaken verre van hypothetisch is. Van de tolken met jarenlange werkervaring voor overheidsdiensten in Nederland, slaagt slechts 55% voor de toets algemene tolkvaardigheden[4]. Hieruit blijkt dat werkervaring en goede beoordelingen door professionele afnemers geen verband houden met kwaliteit van de geleverde vertolkingen wat betreft volledigheid en getrouwheid.
Uit de toetsresultaten van integrale tolktoetsen op C1-niveau blijkt dat slechts 40% van de kandidaten die zich aanmelden voor de intake- en toetsfase van een integraal tolktoetstraject (hierbij wordt zowel taalvaardigheid als tolkvaardigheid getoetst) een voldoende resultaat behaalt[5]. Opmerkelijk hierbij is dat de taalvaardigheid van de kandidaten reeds in de intakefase wordt beoordeeld en dat slechts zij die een positief advies voor wat betreft taalvaardigheid krijgen, doorgaan naar de eindtoets. Pas bij de eindtoets wordt de tolkvaardigheid beoordeeld. Dit betekent dat kandidaten die weliswaar de twee talen voldoende beheersen, toch niet slagen voor de eindtoets. Hieruit dient te worden geconcludeerd dat het enkele feit dat iemand twee talen op goed niveau spreekt én het feit dat iemand tolkervaring heeft - zeker 80% van de kandidaten heeft meer dan 3 jaar tolkervaring - geen enkele garantie biedt op professionaliteit en kwaliteitswaarborg.
De kerntaak van tolken is het geven van betrouwbare vertolkingen – dat wil zeggen zonder weglatingen en toevoegingen. Vooringenomenheid, hoe subtiel ook, leidt tot verdraaiingen, weglatingen en toevoegingen in het tolkwerk[6]. Overzichtsstudies tonen het belang van opleiding aan voor de volledige en ongekleurde weergave van de woorden van de primaire sprekers [7]. Toetsing van vaardigheden die er op zien dat juist die onafhankelijkheid wordt gewaarborgd, is daarom van levensbelang.
Conclusie
Het Kwaliteitsinstituut Wbtv is van oordeel dat inschrijving in het herijkte Rbtv op basis van de beoordeling van een portfolio door de beheerder van het Rbtv de borging van de kwaliteit in het Rbtv – en daarmee ook het vertrouwen dat daarin moet kunnen worden gesteld – ondermijnt, met alle mogelijke negatieve gevolgen van dien. Het Kwaliteitsinstituut Wbtv adviseert u met klem om alsnog te voorzien in regelgeving en/of beleid die aan inschrijving van een B2-tolk in het herijkte Rbtv als voorwaarde stelt dat door de tolk aantoonbaar met goed gevolg een toets algemene tolkvaardigheden is afgelegd.
Bij voorbaat vriendelijk dank voor uw reactie.
Hoogachtend,
mr. R.G.A. Beaujean
voorzitter Kwaliteitsinstituut Wbtv
[1] Kamerstukken II 2005-2006, 29 936, nr. 11, p. 10.
[2] De adviezen van het Kwaliteitsinstituut Wbtv zijn gepubliceerd op de website van bureau Wbtv.
[3] Advies van 17 mei 2019 over de concept-AMvB tot wijziging van het Besluit tarieven in strafzaken 2003 en het Besluit beëdigde tolken en vertalers.
[4] Bron: ITV Hogeschool collegejaar 2008/09 t/m 2018/19.
[5] Bron: KTV Toetsing BV.
[6] Englund-Dimitrova, B. (1995), Omissions in Consecutive Interpretation: Evidence of a Decision Component, Acta Universitatis Stockholmiensis; Stockholm Slavic Studies nr. 24: Stockholm: Almquist & Wiksell International, p. 73 -82.
[7] Zie Flores, G. (2005), The Impact of Medical Interpreter Services on the Quality of Health Care: A Systematic Review. In: Medical Care Research and Review 62, p. 255–99 en Karliner L.S., E.A. Jacobs, A.H. Chen & S. Mutha (2007), Do Professional Interpreters Improve Clinical care for Patients with Limited English proficiency? A Systematic Review of the Literature. In: Health Research and Educational Trust, 42 (2), p. 727-754